Maarssen
Wonen in Maarssen
Met 25 ervaring als makelaar in en om Utrecht ken ik de omgeving als geen ander en ben ik je graag van dienst bij aankoop en/of verkoop of taxatie in Maarssen in de wijken: Reizende Man, Hoge Brug, Friezenbuurt, Goudestein, Lanenkwartier, Schilderskwartier, Centrum, Componisten Buurt, Zogwetering, Zeeheldenbuurt, Staatsliedenbuurt, Zandweg-Oostwaard, Nieuw Maarsseveen, Duiven-, Pauwen- en Spechtenkamp, Fazanten-, Reiger- en Valkenkamp, Bloemstede en Boomstede, Oud-Zuilen, Tienhoven, Oud-Maarsseveen, Bethunepolder, Maarsseveen en Binnen.
Maarssen ligt ten noorden van de stad Utrecht en ligt behalve aan de rivier de Vecht ook aan het Amsterdam-Rijnkanaal. Maarssen bestaat uit twee delen, het oude gedeelte ten noorden van het kanaal, in de volksmond vaak Maarssen-dorp genoemd en direct ten westen hiervan, aan de andere zijde van het kanaal, een relatief nieuw gedeelte aangeduid als Maarssenbroek, waar zich ook het station bevindt. Maarssen telde op 1 januari 2021 circa 40.000 inwoners.
Een inwoner van Maarssen wordt een Maarssenaar genoemd. Maarssen behoorde tot 1 januari 2011 tot een gelijknamige gemeente waaronder ook Maarsseveen, Oud-Maarsseveen, Molenpolder, Oud-Zuilen en Tienhoven vielen. De fusie in 2011 met de gemeenten Breukelen en Loenen leidde tot de nieuwe gemeente Stichtse Vecht.
Vooral rijke Amsterdamse stadslui zoals de Huydecopers bouwden na de middeleeuwen buitenplaatsen langs de Vecht, onder meer Goudestein en Doornburgh zijn daar in Maarssen voorbeelden van. Tot 1789 mochten Joden niet in de naastgelegen stad Utrecht wonen, vele kwamen daarom tot die tijd in Maarssen wonen. Industrie die zich vroeg bij het dorp vestigde waren steenfabrieken zoals De IJsvogel.
Gelegen aan de Vecht tussen Utrecht en Amsterdam was Maarssen in zekere mate ook een plaats met voorzieningen voor de scheepvaart. Vanaf de 19e eeuw werden grootschalige nieuwe verbindingen over land en water tussen die drie plaatsen aangelegd waaronder de Straatweg omstreeks 1812. Rond 1843 volgde een spoorlijn en omstreeks 1892 kwam daarlangs nog (de voorloper van) het Amsterdam-Rijnkanaal bij. In 1866 verrees in Maarssen een gasfabriek, in 1898 een elektriciteitscentrale en in 1910 werd een waterleidingnet met watertoren aangelegd. Vanaf circa 1900 volgde nieuwe industrie zoals een kininefabriek, het metaalbedrijf Bammens en Twijnstra’s Oliefabriek (UTD). Vanuit laatstgenoemde fabriek werd een woonwijk gesticht voor de meeverhuisde arbeiders, de Friezenbuurt. De industrie zou in de 20e eeuw een voorname, zo niet de voornaamste, bron van werkgelegenheid gaan vormen voor Maarssen. Na de Tweede Wereldoorlog vonden er grootschalige uitbreidingen met huizenbouw op wijkniveau plaats in onder meer het Zeeheldenkwartier, Staatsliedenkwartier, Zandweg-Oostwaard en Maarssenbroek. Op Buuren verrees begin 21e eeuw als nieuwste woonwijk in het zuidwesten van Maarssen.